Belasting Elektriciteitsnet

Belasting Elektriciteitsnet

-Friesch Dagblad, 5 december 2012.

De
doelstelling van de overheid om met windmolens de CO2 uitstoot te
reduceren, hangt niet alleen af van de molentechnologie.

Het
elektriciteitsnet dat die energie opneemt is zeer complex en van vele factoren
afhankelijk, om te beginnen met de “ambitie” van 400 MW, recentelijk nog eens
verhoogd tot 525 MW tot verbazing van de Staten.

Zeer
veel van die factoren zijn niet, of nog niet, bekend en daar is een zeer grondige
voorbereiding onvermijdelijk.

 

Het
plaatsen van windmolens in het IJsselmeer voor de kust van Makkum roept daarmee
de noodzaak op tot het verhogen van de capaciteit [1] van
het elektrisch distributienet.

Het
blijkt dat dit net niet kan voldoen aan de transporteisen van de te leveren
stroom uit de te plaatsen windturbines.

 

Het
PlanMER van de provincie geeft dit duidelijk aan: het 110 kV station Marnezijl
(station bij Bolsward) bezit een beperkte capaciteit tbv de distributie.

Het
is weliswaar mogelijk dat het station uitbreidingsmogelijkheden heeft en in dat
geval is een kabel naar dat station mogelijk voldoende.

 

De
kans is echter groot dat een aansluiting nodig is op de 220 kV kabel die door
Fryslân loopt (of na 2016 op de 380 kV kabel).

In
het laatste geval is een kabel nodig naar Oudehaske bij Heerenveen, of Louwsmeer
bij Leeuwarden. Hier zijn additionele investeringen nodig.

Ook
moet er voor die bekabeling een tracé worden verkregen, aldus de tekst van de planMER
in hetzelfde hoofdstuk 5.

 

Aannemelijk
is tevens dat dit het aanleggen betekent van hoogspanningsmasten en dat houdt
vervolgens in dat er over de sluis bij Kornwerderzand echt hoge
hoogspanningsmasten komen.

 

Onmiskenbaar
duidelijk is dat de nieuw te plaatsen windturbines lang de Afsluitdijk forse
ingrepen in het elektriciteitsnetwerk behoeven.

Dit
geldt voor zowel de windturbines in het IJsselmeer als voor die op Kop
Afsluitdijk. In mindere mate geldt dit ook voor het plangebied bij Heerenveen.
Dit zoekgebied ligt wel dichterbij het elektriciteitsstation Oudehaske.

 

Deze
ingrepen voor de benodigde uitbreiding bij Urk leidden intussen tot verzwakking
van het dijklichaam, waarop elektriciteitsnetbeheerder TenneT besloot het werk
bij de Westermeerdijk in de Noordoostpolder stil te leggen.

 

De
doelstelling om energie met windmolens op te wekken is gebaseerd op het aantal
te plaatsen molens; het rendement van de windmolens beloopt nu ca 25%, maar is
voor het beleid inzake de plaatsing van de turbines volstrekt oninteressant.

Dat
betekent dat, wanneer onze overheid dit ook inziet, het aantal molens met
minstens een factor 4 toe zal nemen.

 

Het
electriciteitsnet is voor de huidige windmolens al krap bemeten, en zal dan nog
veel meer uitbreiding behoeven.
TenneT, die tevens het Duitse net beheert, moet om die reden het Duitse net al
van veel meer capaciteit voorzien en loopt daar nu ook al tegen heel veel
weerstand aan.

 

Daarenboven
verschuiven de doelstellingen in de tijd: het vorige kabinet Rutte ging uit van
14% hernieuwbare energie, het kabinet Rutte II wil dit ophogen tot 16%.

 

Langzamerhand
begint de vraag te komen, wanneer genoeg nu genoeg is. Tegen de tijd dat aan deze
ambitie van de provincie is voldaan, is het energiegebruik ook ongeveer
verdubbeld en komt de hele discussie weer van voren af aan.

 

Energie
uit windmolens alleen, geeft geen duurzame oplossing en kost vermogens.

Wij,
in Fryslân en tevens de andere provincies, zullen toe moeten naar een integraal
energiebeleid, met combinaties van alle mogelijke energiebronnen hier
voorhanden, zoals geothermische energie, biomassa energie, zonneënergie en wat uit
de nog komende ontwikkelingen kan ontstaan.

 

ir. Wouter Vogelesang is
gespecialiseerd in lasertechnologie
en adviseur voor bijzondere
technische automatiseringen.W
oonachtig in Schettens

 



[1] PlanMER § 5.9.1