Leeuwarder Courant, 27 februari 2013.
LEEUWARDEN – De Noord-Nederlandse
ambities voor duurzame
energie zijn veel te hoog. De praktijk
blijft er ver bij achter. Realiteitszin
ontbreekt.
De doelen die de provincies Friesland,
Groningen en Drenthe in 2007
overeenkwamen met het rijk, waren
vier jaar later maar voor een derde
gerealiseerd, concludeert de Noordelijke
Rekenkamer in een rapport
dat komende week naar buiten
wordt gebracht.
De onderzoekers adviseren provinciale
staten aan ,,realiteitszin’’ te
doen. Lichtpuntje is een flinke banengroei,
met name op het gebied
van advisering en onderzoek.
,,De beleidsambitie van Nederland,
en het Noorden in het bijzonder,
is gericht op het spelen in de
Champions League, terwijl de uitvoering
zich (nog) bevindt op het niveau
van de vierde klasse KNVB’’,
zegt een betrokkene, die door de Rekenkamer
is geïnterviewd.
Het Noorden wilde koploper worden
in Nederland als het gaat omhet
gebruik van duurzame energie.
Friesland had landelijk voorop willen
lopen en samen hadden de noordelijke
provincies de ’energy-mainport’
van Noordwest-Europa willen
zijn.
Ondertussen staat Nederland in
2011 op de ranglijst van 27 EU-landen
op de 24ste plaats. De overstap naar
duurzaam opgewekte energie verloopt
in het Noorden niet sneller
dan elders in Nederland. In 2007 is
gesteld dat de drie provincies in 2011
32 petajoule (PJ) aan duurzame energie
zouden kunnen opwekken. Het
resultaat bedroeg uiteindelijk 17,4 PJ,
waarvan Friesland 4,6 PJ voor zijn rekening
nam. In 2015 wil de provincie
op 8 PJ zitten.
De overheden investeerden samen
ongeveer €95 miljoen in het
Energieakkoord Noord-Nederland,
dat met het rijk werd gesloten. Daarvan
kwam €22,3 miljoen van Friesland,
€22,6 miljoen van Drenthe en
€5,5 miljoen van Groningen. De rest
kwam uit allerlei fondsen, waaronder
ook noordelijke.
Er zijn geen harde resultaatmetingen.
Daarom valt volgens de Rekenkamer
niet te zeggen of dit geld effectief
is besteed.
De kansen voor duurzame energie
liggen vooralsnog vooral bij
windmolens en biogasinstallaties.
Op beide terreinen kampt de provincie
met tegenslag: er is grootschalig
maatschappelijk verzet tegen windmolens,
terwijl de productie van biogas
op veel praktische problemen en
ongewenste prijsstijgingen stuit.
Gedeputeerde staten zeggen in
een reactie dat het Noorden met het
Energieakkoord vooral op steun van
het rijk mikte. Dat is mislukt. Er kwamenwel
handtekeningen vanministers,
maar de regering deed vervolgens
niet veel.
Het college van GS zegt ,,trots’’ te
zijn op een regio die met slechts 10
procent van het landelijke aantal inwoners
20 procent van de opwekking
van duurzame energie voor
haar rekening neemt.
Atze Jan de Vries